Dinsdag t/m zaterdag van 11.00 tot 17.00 uur geopend

Leren over, van en met de Holocaust

Het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) organiseerde op 20 november 2019 het symposium “De toekomst van de Holocausteducatie, 75 jaar na de bevrijding”. Teun Breen, bestuurslid van Museum Sjoel Elburg, en tevens lid van de commissie educatie, was erbij en noteerde de belangrijkste aandachtspunten.

Allereerst hield Marc van Berkel een lezing over “Holocaustonderwijs als burgerschapsvorming: kansen en risico’s.” Van Berkel is docentenopleider en onderzoeker aan de Hogeschool Arnhem-Nijmegen. Hij promoveerde in 2017 op het onderwerp Holocausteducatie met zijn proefschrift “Plotlines of Victimhood; The Holocaust in German and Dutch History Textbooks 1960-2010.” Volgens zijn onderzoek kennen Nederlandse geschiedenisschoolboeken ernstige hiaten, zeker waar het gaat om gevoelige onderwerpen.

Vormende aspect
Is Holocausteducatie een gepast instrument in het burgerschapsonderwijs? Wanneer het vormende aspect van Holocaustonderwijs centraal staat, kan dit ten koste gaan van de kennisoverdracht, stelt Van Berkel. “Het belangrijkste gevolg van het (uit)sterven van de getuigen is dat de rol van het communicatieve geheugen (gastsprekers/overlevenden komen vertellen op scholen) wordt overgenomen door het culturele geheugen (musea, monumenten, tradities, herdenkingen, onderwijs). De Holocaust is een verplicht onderdeel in het onderwijs, maar in het schoolcurriculum voor geschiedenis staat niet hoe en wat. Ook bij het leergebied mens en maatschappij voor het vmbo wordt er nauwelijks iets over de Holocaust gezegd.”

Drie scenario’s
Er worden drie scenario’s voorzien met betrekking tot de toekomst van de Holocausteducatie.
Scenario 1: De historische context, leren over de Holocaust.
Problemen:
- Er is weinig kennis bij jongeren en docenten;
- De kritische omgang met het verleden is lastig;
- Er vindt te veel simplificatie plaats;
- Andere verwante (?) thema’s moeten ook de aandacht hebben;
- Het curriculum is te vaag;
- 65 procent van alle jongeren (vooral vmbo) krijgt na 15 jaar (kiezen sector-vakkenpakket) geen geschiedenis meer.
Scenario 2: Burgerschapsvorming: leren van de Holocaust.
Problemen:
- Een attitudeverandering (houding/mentaliteit) is moeilijk kwantificeerbaar (meetbaar);
- De historische context zakt weg: wat kun je plaatsen in het verband?
- Er is toenemende kritiek op de gezamenlijke democratische waarden en algemene liberale waarden: wat vinden we belangrijk om over te dragen? Er vind politisering plaats;
- Het wordt op sommige scholen steeds moeilijker om les te geven over de Holocaust;
- Er vindt wellicht een “instrumentalisering” plaats: de educatie over de Holocaust gebruiken als voorbeeld om uit te leggen hoe het zit met racisme en intolerantie;
- Samengevat: Bij de formulering van lesdoelen over de Holocaust: wat wil je ontwikkelen; historisch besef (scenario 1) of een goede ontwikkeling van de algemene attitude (scenario 2)?
Scenario 3: Mediatisering: leren met de Holocaust.
Problemen:
- Films en andere media bevatten (te veel) fictieve elementen
- Het zijn vaak commerciële producten die gericht zijn op een groot publiek
- Soms te veel vanuit slachtofferperspectief en te weinig vanuit daderperspectief
- Bij de motieven van de daders mag geen ruimte zijn voor sympathie
- Hoe ver moet je gaan om het gewelddadige verleden terug te halen?

Wees voorzichtig
“Wees in onderwijs voorzichtig met verbindingen leggen tussen de Holocaust en hedendaagse problemen als racisme en mensenrechten”, concludeerde Van Berkel. “Het zijn thema’s die moeilijk te vergelijken zijn. In de toekomst moet het collectieve geheugen over de Holocaust via het onderwijs gevoed blijven worden. Zeker met betrekking tot het steeds weer terugkomende antisemitisme zijn lessen over de Holocaust zeer wenselijk, zo niet noodzakelijk. Deze lessen hebben een universele lading omdat de overdracht er ook op is gericht dat een genocide als deze nooit en nergens meer mag gebeuren.”

Waarheid vertellen
“Je moet altijd de waarheid vertellen”, zei schrijver en voormalig politicus voor D66 Jan Terlouw in zijn lezing op het symposium. “Genocide is er altijd geweest; vaak ontstaan door onbeheerste kwaadaardige emotie. De Holocaust vond plaats middels wetgeving en planning; onbegrijpelijk dus. Leerlingen moet op een geloofwaardige manier verteld worden dat zoiets kan gebeuren. Daarom moet in een democratische beschaving altijd de wet gerespecteerd worden. Als aankomend staatsburger tussen 6 en 18 jaar oud moet respect voor die rechtsstaat worden bijgebracht. Het zijn mensen die macht misbruiken en daarom verdient de rechtsstaat bescherming om in een goede staatkundige structuur een samenleving te behouden met en voor goede mensen.”

Kennis blijft nodig
Volgens Teun Breen zal Holocausteducatie een mix moeten worden van de drie hierboven geschetste scenario’s. “Alleen het laten zien van een (deel van) film over de Tweede Wereldoorlog is niet genoeg. Er zal toch een stuk kennis nodig zijn om te begrijpen wat er is gebeurd. De opkomst van Hitler in de begin jaren dertig (crisisjaren) en het eeuwenlange antisemitisme in Europa als voedingsbodem voor de jodenhaat van de nazi’s moeten in lessen over de Holocaust aan bod komen.”

Getuigenissen van belang
De getuigenissen van sprekers/overlevenden Max van Trommel (zat ondergedoken) en Hans Peeper (zat in Bergen-Belsen) raken je altijd weer”, zegt Breen. “Laten we deze mensen, zolang het nog kan, uitnodigen op school! Uit het verhaal van Dienke Hondius - “Geen warm welkom: Joodse onderduikers na de bevrijding” - bleek maar weer eens hoe slecht de Nederlandse samenleving is omgegaan met de joden die terugkeerden uit de onderduik of uit de kampen. Het is niet te begrijpen dat uit Duitsland terugkerende joden die soms maanden onderweg waren bij de grens werden tegengehouden en in een enkel geval (in Limburg) zelfs samen met NSB’ers en SS’ers in een kamp werden gestopt. Zij kregen ook niet pensioenen van de Duitse “Wiedergutmachung”, want die gingen vooral naar leden van het voormalige verzet (zij kregen trouwens al vanaf 1947 verzetspensioenen). Joden vielen overal buiten en moesten vooral hun mond houden. Soms werd hun zelfs kwalijk genomen dat ze terugkwamen en hun eigendommen terugvroegen.”

Betekenis voor Museum Sjoel Elburg
Wat zijn de lessen voor Museum Sjoel Elburg met betrekking tot Holocausteducatie? “Laten wij evalueren hoe wij het doen voor primair en voortgezet onderwijs en scholen suggesties doen voor lessen over de Holocaust met ons materiaal ter voorbereiding op en bezoek aan Museum Sjoel Elburg”, vertelt Breen. “Ook kunnen en moeten we als museum en commissie educatie materiaal verzamelen van andere instanties en onderzoeken op bruikbaarheid en doorgeven aan scholen zoals de lesbrief “Wordt gemist” van het Joods Cultureel Kwartier. Ik heb zelf bij de voorbereiding van deze lesbrief in eerste instantie mee mogen werken en ervaren hoe er in Amsterdam iets wordt neergezet (Nationaal Holocaust Museum – tegenover de Hollandsche Schouwburg -, Namenmonument) dat een schoolexcursie zeker rechtvaardigt. Dit zou goed passen na een bezoek aan onze sjoel (bezoek aan Westerbork, Vught of Amersfoort mag natuurlijk ook).”