Hij werd op 30 april 1943 vermoord in Sobibor, omdat hij joods was: de in Amsterdam geboren componist Leo Smit. Zijn muziek verstomde na de Tweede Wereldoorlog. Tot fluitiste Eleonore Pameijer een sonate van hem speelde en meteen verkocht was.
Muziek van vervolgde en vermoorde joodse componisten ontrukken aan de vergetelheid. Dat is de missie van fluitiste Eleonore Pameijer, tevens artistiek leider van het Leo Smit Ensemble dat dit jaar zijn zilveren jubileum viert. “We geven al vijfentwintig jaar een stem aan ongehoorde muziek.” De coronacrisis blijft een ongenode gast voor de artistiek leider van het jubilerende ensemble: de in Amsterdam woonachtige Eleonore Pameijer. Zoals het er nu naar uitziet, zijn de concerten tot in de komende zomer afgelast. Eerder moest het ensemble – dat uit een wisselende bezetting bestaat – veertig optredens afzeggen en dat nog wel in het herdenkingsjaar 2020, waarin 75 jaar vrijheid werd gevierd. Inclusief het geplande bevrijdingsconcert op 23 april 2020 van de Stichting Vrienden van Museum Sjoel Elburg.
Daadkracht
Toch is Pameijer geen vrouw die bij de pakken neerzit. Integendeel, ze straalt een ongekende daadkracht uit en prikt hier en daar al een afspraak voor een concert, op hoop van zegen. Het is dezelfde voortvarendheid waarmee ze in 1996 de Leo Smit Stichting oprichtte. Een jaar eerder nam ze deel aan een door het Joods Historisch Museum georganiseerd concert van muziek van joodse componisten. Pameijer speelde een voor haar volslagen onbekende fluitsonate van Leo Smit. “Ik was meteen verkocht en ontdekte hoe wonderlijk mooi en van hoog niveau deze sonate was. Tegelijkertijd verbaasde het me toen dat deze vijftig jaar na de bevrijding nooit was gespeeld. Bij de naam Leo Smit vier er een oorverdovende stilte, niemand kende hem, zijn werk, zijn muziek, niemand speelde hem meer. Dat kon toch niet waar zijn?”
Dubbele moord
Pameijer kwam in contact met de jongere zus van Leo Smit, harpiste Nora Coppenhagen, die de oorlog had overleefd. Dit leidde onder meer tot een cd in 1995 met werk van Joodse componisten en de oprichting van de Leo Smit Stichting, die zich inzet om de muziek terug te winnen van componisten die werden vervolgd door de nazi's, omdat ze óf een Joodse achtergrond hadden óf weigerden zich aan de nazi-regels te houden. Pameijer: “De afgelopen 25 jaar hebben we dag en nacht gewerkt. Van alles wat ik heb gedaan, van Bach tot Mozart en hedendaagse muziek, vind ik dit mijn allerbelangrijkste project ooit. Mijn motto is: mensen die zijn vervolgd en vermoord, krijg je nooit meer terug. Maar om vervolgens hun muziek ook nog in de kast of op de zolder te laten liggen, pleeg je als het ware een dubbele moord.”
Uilenburger sjoel
De fluitiste organiseerde de afgelopen jaren maandelijks in de Uilenburger sjoel in Amsterdam kleinschalige concerten voor gemiddeld zo’n honderd belangstellenden. De synagoge staat midden in de Joodse buurt, bij uitstek de plaats voor concerten van “ongehoorde” muziek. De stichting had de wind mee. “Omroepen namen met regelmaat onze concerten op, waardoor we steeds bekender werden”, zegt Pameijer. Er werden meer dan 200 Uilenburger Concerten gerealiseerd.
Dramatische afloop
De Leo Smit Stichting werd het epicentrum van klassieke muziek van Joodse componisten die in de Tweede Wereldoorlog werden vermoord. Het gaat over 38 componisten van Nederlandse origine, van wie er veertien zijn vermoord. Twee hebben het kamp overleefd. Velen doken onder, een aantal van hen werd verraden. Een enkeling had het geluk met valse papieren de oorlog door te komen. Het verhaal achter ieder van hen is dramatisch, te beginnen met Leo Smit. Hij werd op 14 mei 1900 geboren in Amsterdam en raakte in Parijs onder de indruk van de muziek van Maurice Ravel en Igor Stravinsky. Hij componeerde muziek in navolging van deze grootheden – werd in 1943 op transport gesteld naar Sobibor met zijn vrouw, waar hij op 30 april werd vermoord. “In het handschrift van de partituur van de fluitsonate zag ik dat hij het Lento, het langzame deel, in februari 1943 heeft afgemaakt en twee maanden later hebben ze hem vergast”, vertelt Pameijer.
Geen subsidies
De Leo Smit Stichting is een “superkleine stichting met een omzet van 30.000 euro per jaar, waar we een hele concertserie op draaien en al onze research mee verrichten. We roeien met de riemen die we hebben en sprokkelen het geld bij elkaar”, aldus Pameijer. Ze steekt haar ongenoegen over het culturele beleid van de overheid niet onder stoelen of banken. “We hebben geen enkele subsidie, van het Rijk noch van de gemeente Amsterdam. We vielen in 2016 buiten de subsidieregeling, omdat we niet ‘divers’ genoeg zouden zijn. En ja, we hebben nu eenmaal geen musici met een andere huidskleur en ons publiek bevindt zich niet in de Bijlmer. En daar kunnen we niets aan veranderen.”
In het najaar van 2020 vertrok Carine Alders, zakelijk leider van de Leo Smit Stichting. Zij houdt zich nu fulltime bezig met een promotieonderzoek naar ongehoorde muziek. Er is volgens Pameijer nog veel werk te doen. “Wij streven ernaar elke ongehoorde componist in kaart te brengen. Op die manier wordt de Leo Smit Stichting een monument van componisten van ongehoorde muziek.” De grootste winst is, zegt Pameijer, “dat veel jonge musici de vergeten muziek met passie ten gehore brengen.”
KADER
Kenniscentrum
Nadat de subsidies wegvielen, ontwikkelde de Leo Smit Stichting zich in de richting van een kenniscentrum. Van het geld dat via een groot opgezette fondsenwervingsactie binnenkwam, werd de site Forbidden Music Regained opgebouwd. Intussen worden onder meer de opnames van de Uilenburger Concerten gedigitaliseerd en partituren gescand om te downloaden. Leo Smit wordt tegenwoordig over de hele wereld gespeeld en de Leo Smit Stichting ontvangt reacties vanuit Finland tot Canada en Rusland. Hoewel Smit het ‘vlaggenschip’ is, komen andere componisten steeds meer in beeld. Ook krijgt de stichting regelmatig onbekend werk aangeboden dat al jaren in een oude doos zat of op een zolderkamer lag.
Zie ook www.leosmitfoundation.org en www.forbiddenmusicregained.org