Wat moet je in het heden met vertellingen van hemelwandelingen, vliegende paarden en de wederopstanding van een Joodse bruid? De Groninger kunstenaar H.N. Werkman zag in de Tweede Wereldoorlog het verborgen goud van een boekje met oude Joodse wonderverhalen en maakte er prenten bij. Het werd een monument van verzet.
Wat zijn Chassidische legenden? Met de titel ‘Chassidische legenden’ gaf de kunstenaar Werkman aan twintig prenten die hij maakte bij oude Joodse wonderverhalen die hij las in het boekje ‘De legende van de Baalsjem’ van de Oostenrijkse godsdienstfilosoof Martin Buber. Deze verhalen kwamen uit de bedding van een mystieke stroming die het chassidisme heet. Met name in Oost-Europa had het chassidisme onder de armste Joden wortel geschoten. Om aan de dagelijkse misère, het harde werk, uitsluiting en vervolging te ontsnappen, laafden oud en jong zich in de getto-kamertjes aan de legenden van de Baalsjem die van generatie op generatie werden doorverteld. Centrale figuur van deze wonderverhalen is de Poolse rabbi Israël ben Eliëzer, ook wel bekend als de Baalsjem, ofwel de Meester van de Goede Naam. De vertellingen rond deze rabbi zijn opgetekend en verzameld door Buber (1878-1965).
Mystiek
Het was ergens in 1941 dat de Groninger drukker-kunstenaar Hendrik Nicolaas Werkman (1882-1945) dit boekje te lezen kreeg van de Winschotense predikant August Henkels. 1941, het eerste oorlogsjaar, een roerig jaar en er zouden nog moeilijker tijden aanbreken, wat Henkels goed had ingezien. Henkels dus had samen met Adri Buning en Ate Zuidhoff een clandestiene drukkerij opgericht onder de naam De Blauwe Schuit. Zij wilden met speciale drukwerkjes bezet Nederland literair bemoedigen, houvast bieden en richting geven. Zo hadden ze van Martinus Nijhoff het gedicht ‘Het jaar 1572’ uitgegeven, gevolgd door de ‘Turkenkalender’ met gewaagde teksten uit de tijd tegen de Spaanse overheerser met de boodschap dat uiteindelijk het goddelijk recht zal zegevieren. Werkman was door het drietal aangezocht als drukker.
Nieuwe wereld
Werkman voelde meteen de onstuitbare bekoring die uitging van ‘De legende van de Baalsjem’. Er ging een ongekend nieuwe wereld open voor de nu niet bepaald bijzonder godsdienstig ingewijde kunstenaar. Het was de wereld van het transcendente, de mystiek, van God ontmoeten in de natuur, de schepping en de medemens. Toch doorgrondde Werkman de diepte en de kracht van de Joodse wonderverhalen. Met zulke verhalen kón je de mensen een hart onder de riem steken, konden ze even ontsnappen aan de harde werkelijkheid. Toen Henkels aan Werkman vroeg om prenten te maken bij deze vertellingen, was dat niet tegen dovemansoren gericht.
Solidair
Tussen 1941 en 1943 maakte Werkman twintig prenten bij ‘De legende van de Baalsjem’ – twee ‘suites’ van elk tien. Het waren niet zomaar illustraties bij die Joodse vertellingen, nee, voor het maken van de prenten was een staaltje van geraffineerde en gelaagde techniek nodig, zoals alleen Werkman dat kon. Het resultaat was verbluffend en zou een hoogtepunt worden in het oeuvre van de Groninger drukker die in zijn latere leeftijd een kunstenaar pur sang was geworden. Hij beleed hiermee openlijk dat hij solidair was met de beknelde Joodse landgenoten.
Gefusilleerd
Voor de suites was meteen veel belangstelling – Werkman ondertussen was bezorgd over zijn vriend Henkels die door de Duitsers werd gegijzeld in Sint-Michielgestel. Frappant is dat durfal Henkels nota bene hier, in het hol van de leeuw, een expositie organiseerde over de suites van de Chassidische legenden. Tot op de dag van vandaag kunnen de twee series van de Chassidische legenden worden gezien als een monument van geestelijk verzet in de Tweede Wereldoorlog. Werkman heeft zijn verzet met de dood moeten bekopen. Op 13 maart 1945 werd hij gearresteerd door de Sicherheitsdienst (SD), mogelijk op verdenking van het maken van illegaal drukwerk. De drukkerij en het woonhuis werden grotendeels leeggehaald en de in beslag genomen schilderijen en druksels werden meegenomen naar het Scholtenhuis, het hoofdkwartier van de SD aan de Grote Markt. Op 10 april 1945 werd hij in het zicht van de bevrijding door de Duitsers gefusilleerd. Zijn naam zou voor altijd verbonden blijven met de kunst van het verzet. (Tekst: Marie Verheij)
Tot en met 29 november is in Museum Sjoel Elburg de tentoonstelling ‘H.N. Werkman / Chassidische legenden en de kunst van het verzet’ te zien.
-
- Oplageblad van Chassidische legenden: De weg terug, 1942, sjabloon en rol op papier.