In juli 1944 zijn de joodse zusjes Dientje en Marietje Kleinman uit Rotterdam ondergedoken bij de familie C. Bruijnes, Groote Woldweg 35 te Oosterwolde.

Aron en Chaja Kleinman en hun dochters Dientje en Marietje duiken in de oorlog onder bij Gerrit Jan en Willempje van den Bosch-Schoonhoven op Oude Dijk 19 in Oldebroek. Hoe lang ze bij Van den Bosch blijven is niet bekend. In de zomer van 1944 is Marietje enkele weken ondergedoken bij veeverloskundige Gerrit van de Streek op Kerkstraat 5 in Oldebroek. In juli 1944 is zij met haar zus Dientje ondergedoken bij Kees Bruijnes aan de Groote Woldweg in Oosterwolde.

De meisjes worden op 6 juli bij een razzia opgepakt en samen met Bruijnes en andere arrestanten met paard en wagen naar Wezep gebracht. Ter hoogte van de Kamperveense melkfabriek worden ze bevrijd. De gevangenen vluchten weg. Dientje en Marietje duiken vervolgens onder bij ds. J. H. Kuypers in Mastenbroek. Bij de bevrijding van Oldebroek verblijven de beide meisjes bij bakker Herman van Ommen, Bovenheigraaf 34 in Oldebroek. Wanneer ze daar zijn ondergedoken is (nog)  niet bekend. Hun ouders Aron en Chaja verblijven in april 1945 bij J. Hulsman, Vischpoortstraat 24.

Bronnen:

• Gerdy van der Lans, Etgreun. Verhalen van een Oldebroekse jeugd door Leida van der Lans-van de Streek (Hilversum2017)
• Pijkeren, Gerard, Verzet & Gezag. Een geschiedenis van Oldebroek in de Tweede Wereldoorlog (Ter Aar 2020)
• Visser, A. (red.), ‘Een razzia met grote gevolgen’ in: Oldebroek in oorlogstijd. Schuilplaats voor vreemdelingen (Wezep 1995)
• Centraal Registratiebureau voor Joden, supplement A2, Collectie United Holocaust Memorial Museum (Dutch Survivor Lists) te Washington