Dinsdag t/m zaterdag van 11.00 tot 17.00 uur geopend

Oldebroek – Rustenburgsweg, pastorie – J. Oussoren

Bij de bevrijding van Oldebroek verblijft de uit Den Haag afkomstige jodin Alida Hamburger-Asscher in de Gereformeerde pastorie aan de Rustenburgsweg in Oldebroek bij ds. Jacob Oussoren en zijn vrouw Trijntje Oussoren-Wielinga.

Alida is weduwe. Haar echtgenoot Bernard Hamburger is in 1937 overleden. Haar zoon David is op 23 juni 1942 door de Duitsers gearresteerd omdat zijn gele ster niet goed zichtbaar was. Via de gevangenis in Scheveningen en kamp Amersfoort komt hij in kamp Vught. Als hij op 28 maar 1943 tijdens zijn werk water drinkt uit een beekje wordt hij door een Nederlandse SS'er doodgeschoten, zogenaamd vanwege een vluchtpoging. De SS'er krijgt een beloning van vijfentwintig gulden.

Ds. Jacob Oussoren is in 1939 en 1940 veldprediker. In juni 1940 keert hij terug naar zijn gemeente in Oldebroek. Hij werkt nauw samen met het verzet, zorgt voor onderduikadressen en geeft zijn gemeenteleden in zijn preken richtlijnen hoe ze zich moeten gedragen ten opzichte van de Duitsers. Als hij op een zondagmorgen preekt over het Bijbelboek Esther en over Haman die de joden wilde uitroeien, besluit hij zijn preek met de woorden: ‘Ook de moderne Haman ontloopt de galg niet,’

Op zondagmorgen 18 maart 1945 omsingelt de Sicherheitsdienst de kerk en de pastorie. De Duitsers zijn op zoek naar de broer van mevrouw Oussoren die actief is in het verzet. Ds. Oussoren besluit de kerkdienst te beginnen met psalm 27 vers 2: ‘Al zie ik zelfs een leger mij omringen, toch vrees ik niet, ‘k verlaat mij op den Heere.’

Wanneer Alida Hamburger-Asscher bij ds. Oussoren is ondergedoken is (nog) niet bekend.

Bronnen:

- Centraal Registratiebureau voor Joden, supplement A2, Collectie United Holocaust Memorial Museum (Dutch Survivor Lists) te Washington

- Pijkeren, Gerard van, Verzet & Overgave. Een geschiedenis van Oldebroek in de Tweede Wereldoorlog (Ter Aar 2020)