Freek Broekhuizen (toendertijd bestuurslid van de oudheidkundige vereniging Arent thoe Boecop en actief in het verzet) maakt in 1995 een lijstje met adressen in Elburg waar joden zijn ondergedoken. Op dat lijstje staat dat bij W. Deetman op Beekstraat 32 de familie De Boer is ondergedoken. Zijn zij door het Elburgse verzet met de wasserijauto van de familie Van Leeuwen naar Het Verscholen Dorp gebracht? Het volgende verhaal uit de mond van verzetsman Hennie van Leeuwen is een aanwijzing in die richting. Zijn het Isaac en Anna de Boer-Safartij?
Van Leeuwen: ‘Het oude pakhuis van Schreurs was in de oorlog gedeeltelijk Groene Kruis opslagplaats. Daarin zaten joden verborgen die weg moesten. Ook bij Willem Deetman zaten joden die daar niet langer konden blijven. Jan Schreurs en ik hadden het voor elkaar gemaakt. Zo tegen een uur of half acht in de avond zouden we met de wasauto komen. Nu ligt er op de hoek in de steeg een grote veldkei, waar ik om heen moest. Je weet zelf hoe smal het daar allemaal is. Ik moest, ik weet niet hoe vaak draaien. Toen ging opeens mijn claxon vastzitten en die bleef toeteren. Nou jongens dat was natuurlijk grote paniek, want van de Vischmarkt kwamen al die tabakspuwers aanlopen. ’t Was net een sirene. Gelukkig had ik de joden al in de wagen zitten, voordat de eerste zijn neus om de hoek stak. Van het Groene Kruismagazijn ging ik naar de Beekstraat. Tot mijn grote schrik stonden de joden bij Deetman gewoon in het portiek te wachten. De moffen stonden op de Vischmarkt. Wat moest ik doen? Ik stopte heel gewoon en deed de deur los en die mensen stapten bij me in, voorin de wagen. Buiten de stad heb ik ze achter in de auto gedrukt.’
Bronnen:
- Arent thoe Boecop: uitgave 29, Elburg 1940-1945 (Ermelo 1985)
- Arent thoe Boecop: uitgave 50, Oorlogsherinneringen uit Elburg (Ermelo 1995)