Persoonskaart van vader Sander Israëls
Vanaf september 1940 volgt de 18-jarige joodse jongeman Joseph L.B. Israëls de opleiding tot onderwijzer aan het Instituut Van Kinsbergen in Elburg. Hij is in de kost bij meester Arend van Delden, het hoofd van de school. Joodse leraren en leerlingen zijn, op last van de Duitsers, vanaf 1 september 1941 niet meer welkom op ‘gewone’ scholen. Zij moeten naar joodse scholen. Joseph mag geen onderwijs meer volgen aan het Instituut Van Kinsbergen en vertrekt naar zijn ouderlijk huis. Zijn vader Sander Israëls is gemeentesecretaris van Drachten en hoofdvertegenwoordiger van de Joodse Raad voor het oostelijk deel van Friesland. Sander verzoekt in 1941 voor zijn gezin herziening van de registratie als jood, wordt op de Callmeyerlijst geplaats en ontvangt een ‘Sperre’, een vrijstelling van deportatie. Daarna volgt, vanwege zijn maatschappelijke betekenis, plaatsing op de zogenoemde Frederikslijst. De joden op deze lijst worden eind 1942 geïnterneerd in Barneveld: in kasteel De Schaffelaar en huize De Biezen. In september 1943 worden ze overgebracht naar kamp Westerbork en in september 1944 volgt deportatie naar Theresienstadt.
In februari 1945 worden 1200 joden door Zwitserland vrijgekocht uit concentratiekamp Theresienstadt, onder hen 400 Nederlanders. Ook Joseph, zijn ouders, zijn zus en zijn broer worden naar Zwitserland gebracht. Daar overleven zij de oorlog.